“Kijken naar het kind en flexibel zijn, ik weet uit eigen ervaring wat dat kan opleveren”

  • 23 nov
  • 784
Nieuwsberichten

“In mijn hart blijf ik altijd juf, maar omdat alle ervaringen die ik heb opgedaan in deze baan lijken samen te komen, maakte ik de switch.” Barbara Gubbels is sinds november van dit jaar directeur-bestuurder van het samenwerkings-verband vo Noord-Kennemerland. Ze brengt naast haar brede ervaring in het onderwijs veel enthousiasme mee. Haar ambitie: met elkaar steeds een stapje verder gaan en nog passender onderwijsplekken creëren.

Barbara komt uit een typische onderwijsfamilie. Haar vader was vanaf 1980, toen het gezin naar Almere verhuisde, directeur van een van de eerste basisscholen daar. Barbara groeide mee met de ontwikkeling van de polder. “Ik was als jongere geen hoogvlieger, ik begon op het lbo”, vertelt Barbara. “Vandaar ging ik naar het mbo en later rondde ik de pabo af. Ik was met veel plezier juf, maar wilde meer dan alleen leerkracht zijn. Daarom deed ik een opleiding tot intern begeleider. Vervolgens ben ik me gaan specialiseren in het speciaal onderwijs. Ik ben 28 jaar lerend en wisselend van banen in Flevoland op scholen aan het werk geweest. Tot nu, nu ben ik echt weg uit de polder en uit de scholen. Deze stap is een switch, maar hij past me. Ik werkte op zoveel terreinen in het onderwijs, hier bij het samenwerkingsverband komen die samen. Daarom kan ik uitdragen aan besturen, docenten, mentoren en andere betrokkenen: ik weet waar je het over hebt.

Buiten de gebaande paden
Barbara’s drijfveer om te kiezen voor het samenwerkingsverband is om nog passender onderwijsplekken te creëren voor jongeren. “Ik denk dat we met elkaar steeds een stapje verder kunnen gaan voor passend onderwijs. Daarbij moeten we redeneren vanuit het aanbod van de scholen in de regio Noord-Kennemerland: welke ondersteuning kunnen we per school bieden en welke jongeren voelen zich daarbij thuis? Het is belangrijk dat het aanbod per school duidelijk is voor jongeren en hun ouders, zodat zij kunnen beslissen wat bij hen past. Op die manier bieden we regiodekkend passend onderwijs. En zo bereiken we inclusie. Inclusie is een woord dat je achteraf moet gebruiken, vind ik. Het is waar je naar streeft.’

Barbara houdt ervan om buiten de gebaande paden te gaan om die inclusie te bereiken. Haar ogen glimmen als ze vertelt: “Toen ik bij het Nautilus College in Almere directeur was, heb ik samen met Aeres VMBO een route uitgestippeld zodat onze leerlingen vanuit het vso een regulier KBL-diploma konden halen bij Aeres. Ze kregen bij ons in een veilige omgeving onderwijs en deden bij Aeres een regulier examen. Onze leerlingen scoorden vaak beter dan de eigen leerlingen van Aeres en konden regulier doorstromen naar mbo4. Op deze manier werk ik graag. Extra moeite doen loont.”

Op de individuele lijn
Kijken naar het kind en flexibel zijn, daar gaat het volgens Barbara om. “Ik stond bij het Nautilus College iedere ochtend bij de deur met een kop koffie. Er was een jongen die altijd te laat was. Ik heb hem op een dag aan zijn mouw getrokken. Hij vertelde dat hij eerst zijn broertjes van vijf en zes jaar naar school moest brengen, omdat zijn ouders dat niet konden doen. Ik heb gezegd dat hij iedere dag om kwart voor negen mocht beginnen in plaats van half negen. Dat loste zoveel voor die jongen op. Op de individuele lijn gaan zitten, een kind onder je hoede nemen, is belangrijk. Als iedereen dat met één zo’n leerling doet, zijn we er denk ik al. Ik weet: het is niet altijd reëel. Maar we moeten er op zijn minst naar streven.”

Bij het samenwerkingsverband vo Noord-Kennemerland wil Barbara graag op die manier door. Daarvoor brengt zij haar idealisme én haar eigen ervaring mee. “Ik ben zelf vanuit het lbo in deze functie gekomen, ik weet dat het kan. Een docent zag dat ik meer kon. Hij hielp me en daardoor ging ik naar het mbo en van daar verder. Ik had thuis wel een warm nest en dat is niet bij iedereen zo. Daarom is het zo belangrijk dat we ook ouders ondersteunen, dat we kenbaar maken dat ook zij dingen kwijt kunnen bij de consulent of op school. Consulent en mentor zijn er voor zowel de ouders als de leerlingen. Iedereen in de school moet ogen en oren open zetten om te zien en horen welke jongeren en ouders ondersteuning nodig hebben, zodat de jongeren tot leren kunnen komen. Daarvoor hebben we het hele netwerk van samenwerkingspartners nodig: onderwijs, gemeenten en jeugdhulp. Met elkaar kunnen we aan de randvoorwaarden voor leren voldoen.”

Elkaar goed leren kennen
Barbara heeft er alle vertrouwen in dat ze dat met team van het samenwerkingsverband vo Noord-Kennemerland voor elkaar krijgt. “Wat ik zie zijn zeer bevlogen mensen en een mooi samenwerkingsverband. Het is duidelijk neergezet, er zitten een goede structuur en lijn in, met heldere speerpunten en acties. De meerwaarde van een samenwerkingsverband is groot. Nauwe samenwerking tussen consulenten, scholen en partners levert zo veel op. Hoe meer je met elkaar optrekt, hoe meer goede ideeën je hoort. Je neemt dingen van elkaar over en dat versterkt de regionale aanpak in het onderwijs. De komende tijd ga ik dan ook benutten om kennis te maken met het netwerk in de regio Noord-Kennemerland.”

Barbara heeft daarbij een aantal actiepunten. “Wat ik graag wil is dat de gelden die we nu uitgeven aan de bevordering van inclusie geborgd worden, zodat alle jongeren daar steeds profijt van hebben. Verder zou ik graag zien dat er hier in de regio ook een passende onderwijs route met intensieve ondersteuning op havo/vwo-niveau ontwikkeld wordt. Als een jongere dat nodig heeft, dan hoort dat erbij. Verder hebben we bij mijn start hier bij het samenwerkingsverband vo Noord-Kennemerland met elkaar afgesproken dat we zorgen dat de doorgaande lijn van primair en voortgezet onderwijs versterkt wordt. Als een leerling extra begeleiding krijgt in het primair onderwijs, dan kan de leerling die begeleider misschien het eerste half jaar meenemen naar het voortgezet onderwijs. En als kinderen al veel verzuimen op de basisschool, kunnen we ze in de brugklas extra in de gaten houden. Hoe eerder je dingen signaleert, hoe beter de schoolgang en de ontwikkeling van de jongere verloopt. Jongeren versterken doen we door de hele context te versterken, dus ook de professionals op de scholen en de ouders. Dat is waar ik voor sta: ondersteuning van jongeren op een heel breed gebied.”

Alle professionals op de scholen
Plannen genoeg. Wanneer is Barbara tevreden? “Als de projecten en plannen lukken en we voor de zomervakantie tegen elkaar zeggen: de leerlingen hebben goed onderwijs en passende ondersteuning gekregen. En als het onderwijspersoneel zegt dat ze zo goed kunnen draaien met z’n allen. Daarbij gaat het niet alleen om de docenten, maar om alle professionals op de scholen. Want de conciërge is net zo belangrijk als de docent. Iedereen kan vanuit zijn of haar rol bijdragen aan een veilige en kansrijke plek voor jongeren, zodat ze tot leren komen. Want dat is wat we willen: altijd proberen het beste uit de jongere halen. Samen zorgen voor sterke kinderen met een stevige toekomst!”